HCI assessments werken als een MRI
Wanneer iemand ‘goed in z’n vel zit’ en geen klachten heeft, mag je aannemen dat hij of zij in diens kracht staat. Maar dit soort welbevinden en tevredenheid (zo’n ‘flow’) is zelden permanent. Het kan daarom geen kwaad periodiek een ‘scan’ te maken om tijdig gewaarschuwd te worden voor onderliggende problemen.
Het vertonen van gedrag dat niet helemaal past bij iemands natuurlijke repertoire, kan innerlijke spanning en conflicten met anderen veroorzaken, en op den duur zelfs tot burn-out en andere gezondheidsproblemen leiden, zo is bewezen in verschillende onderzoeken naar stress-gerelateerde aandoeningen. Een reden temeer om periodiek evaluatie van en reflectie op het persoonlijk en functioneel repertoire toe te passen.
De wijze waarop HCI kwaliteiten inventariseert kan vergeleken worden met een MRI onderzoek. Een MRI verschaft een driedimensionaal beeld (image) van organen, vaten en skelet en een deskundige radioloog zal op grond hiervan kunnen vaststellen wat iemands gezondheid op dat moment is en waar interventie kan of moet plaatsvinden. Zo ook met HCI. HCI brengt het totale ‘menselijk kapitaal’ in beeld door een meerdimensionaal en ‘veelkleurig’ beeld op te bouwen van het persoonlijk repertoire waardoor een gericht ontwikkelplan kan worden opgesteld. Vandaar de naam van het assessment: Human Capital Imaging.
Net zoals bij MRI diagnostiek, die contrastvloeistoffen en/of spoelen toevoegt voor een preciezere beeldvorming waardoor gericht naar specifieke aandoeningen kan worden gezocht, kent HCI ook verbijzonderingen die coaches kunnen bespreken met hun coachee om gerichte keuzes voor de inhoud van het assessment te maken. Bijvoorbeeld om specifieke competenties en capaciteiten in beeld te krijgen.